Onze favorieten
Beroepslezen
De leesclub van…
Lezende pubers
Grepen uit de geschiedenis
Jonge lezers
Braaf in de boekhandel
Inschrijven nieuwsbrief
Natalia Ginzburg, Familielexicon
‘Ik had niet zo’n zin om het over mezelf te hebben. Dit is dan ook niet mijn verhaal, maar veeleer, ondanks leemten en lacunes, het verhaal van mijn familie.’
Tegen de achtergrond van het Italië van Mussolini en de Tweede Wereldoorlog schetst Natalia Ginzburg in Familielexicon een intiem portret van haar Joodse familie. Wat het boek zo bijzonder maakt, is de typische gezinstaal die de rode draad van de herinneringen vormt. Het is even wennen aan de ogenschijnlijk oppervlakkige, gesprekjes van de verschillende familieleden, maar dan ontdek je dat achter de vaste uitdrukkingen, grappen, liedjes en beledigingen een hele wereld schuilgaat. Als in een toneelstuk voert Ginzburg haar familie en hun vrienden (o.a. de schrijver Cesare Pavese) op, daarbij nadrukkelijk het perspectief kiezend van het eenzame, onwetende nakomertje dat ze was. Door te focussen op het kleine, nabije en huiselijke maakt ze nuchter en met de nodige ironie duidelijk hoe het huis gaandeweg steeds meer in een antifacistisch bolwerk verandert.