Onze favorieten
Beroepslezen
De leesclubs van…
Lezende pubers
Grepen uit de geschiedenis
Jonge lezers
Braaf in de boekhandel
Inschrijven nieuwsbrief
Tip van uw boekhandel

Foto: Jeremy Sutton-Hibbert, Getty Images
Jacinthe en Ine over Een lange zomer vrij van Jane Gardam
Aan stoel en bed gekluisterd vanwege gebroken pols en ribben lazen wij Een lange zomer vrij (The Flight of the Maidens) van Jane Gardam. De schrijfster hangt in onze eregalerij, we zijn dol op haar briljante observaties, genadeloze humor en fonkelende pen. In Een lange zomer vrij volgen we drie vriendinnen in Yorkshire in de zomer na hun eindexamen. De oorlog is net voorbij, het is precies een jaar na de atoombom op Japan en ze hebben alle drie net te horen gekregen dat ze op de universiteit zijn toegelaten. Bijna op eigen benen, ongeduldig en rebels, maken ze elk hun eigen overgang naar een nieuw leven.
Het knappe van Jane Gardam is dat ze uiterst serieuze zaken – een van de meisjes is een getraumatiseerde Kindertransportvluchteling – zo weet te presenteren dat het nooit loodzwaar wordt. Door haar rake typeringen schiet je telkens in de lach. En haar beschrijvingen van het Engelse landschap maken dat je meteen naar dit heerlijke oord zou willen afreizen.
Bij Jane Gardam weet je meestal vanaf de eerste zinnen dat het goed zit:
‘Drie meisjes op een kerkhof. Vier voeten op een graf. Hoog, verschroeid gras. De nazomer van 1946.’
Zo begint The Flight of the Maidens, de roman die Gardam in 2000 publiceerde en die nu pas in het Nederlands verschijnt onder de titel Een lange zomer vrij. Voor Jane Gardam (Coatham, North-Yorkshire 1928) leek schrijven van jongs af aan ‘de enige manier om te leven, om gelukkig te zijn’. Toch debuteerde ze pas toen ze begin veertig was. Op late leeftijd, ze was toen al in de zeventig, brak ze internationaal door met haar roman Old Filth (2004, in het Nederlands vertaald als Een onberispelijke man), het eerste deel van wat een trilogie zou worden. Daarvoor had ze al meer dan 25 kinderboeken, verhalenbundels en romans geschreven. Ze is de enige schrijver die tweemaal de Whitbread Prize heeft gewonnen. Volgens Ian McEwan behoren haar boeken tot de grote schatten van de Engelse literatuur.
Vaak gaan haar romans over vrouwen, de rollen die zij geacht worden te vervullen en hun verzet daartegen. De dochter van Crusoe, Gardams eigen favoriet, is het fantastische levensverhaal van een ‘oude vrijster’, gebaseerd op haar eigen jeugd en die van haar moeder in het afgelegen Yorkshire.
Yorkshire is ook het decor van Een lange zomer vrij, waarvoor Gardam ongetwijfeld ook uit haar eigen verleden heeft geput. In deze roman portretteert ze drie vriendinnen, op de drempel van hun volwassenheid.
Hetty (‘Van nu af aan heet ik Hester, Hestah’), hart op de tong en voortdurend in conflict met haar overbezorgde moeder, scherp observerend en oordelend, en in haar eentje naar het Lake District afreizend met een koffer vol boeken, ter voorbereiding op haar studie Literatuur: ‘Ik word meedogenloos en zelfverzekerd, met controle over mijn eigen ziel. En ik ga me amuseren. Ik denk dat ik ook ga roken.’
Una, dochter van een ogenschijnlijk vrolijke huisarts die zijn oorlogservaringen aan de Somme niet kon verwerken en van een klif sprong, vanaf haar zevende in de ban van wiskunde en vanaf haar zestiende ook van een jongen met wie ze op fietsvakantie gaat, de adviezen van haar moeder, ‘denk je niet dat je iets beters kunt krijgen?’, in de wind slaand.
De Joodse Lieselotte, in 1939 vanuit Hamburg met het Kindertransport naar Engeland gevlucht en daar opgevangen door een welwillend maar dodelijk saai Quaker-echtpaar, door haar klasgenoten ‘die Duitse’ genoemd, slim, vroeg oud en zwijgzaam, een eenling, getraumatiseerd door alles wat ze in haar jonge leven heeft meegemaakt. Haar schokkende herbeleving van de Kristallnacht is een van de indrukwekkendste passages in het boek.
Gardam zet de meisjes volkomen levensecht neer, en heeft ook veel oog voor hun omgeving. Misschien is ze soms iets te uitvoerig, maar in het licht van deze uitspraak in een interview met Trouw weer volstrekt geloofwaardig: ‘Naar mijn idee zijn er in het leven geen bijfiguren. Net als bij insecten heeft iedereen zijn eigen plek en functie in het bestaan. Als een film, boek of muziekstuk goed is gecomponeerd, zijn de kleine rollen even belangrijk als de grote.’
Een lange zomer vrij is een fijne roman over vriendschap, vrijheid en autonomie. Wij vonden deze Gardam weer een feest om te lezen.
Jacinthe Sykora studeerde Franse taal- en letterkunde en werkte als vertaalster, onder meer bij het ministerie van Defensie. Na een verblijf van twee jaar in Italië kwam ze te werken in een boekhandel in Drenthe en vervolgens in Zutphen. Met twee jonge dochters zit ze thuis volop in de kinderboeken. Ine Soepnel studeerde Nederlandse taal- en letterkunde, werkte jarenlang in de uitgeverij en is sinds 1 februari 2015 boekhandelaar in de stad waarin ze al sinds 1985 woont.