Banner trap
< terug naar eerdere lezende pubers

Kom terug naar je eigen land

Een aantal jaren geleden vertelde een leerling mij tijdens het mondeling tentamen literatuur dat hij gemiddeld tien keer per week ‘ga terug naar je eigen land’ naar zijn hoofd geslingerd kreeg, op straat, onderweg. Hij trok het zich niet aan, maar hij vroeg zich wel af wat dan zijn eigen land was. Weliswaar was hij van Turkse afkomst, maar hij was in Nederland geboren en had eigenlijk alleen maar Nederlandse vrienden. Wat mij trof, was dat hij het gewoon vond. Kort daarna las ik het gedicht ‘ga terug naar je eigen land’ van Babs Gons en zag hoe zij op magische wijze deze onverdraagzame zin geleidelijk aan ombouwt tot een warm welkom en daarmee laat zien dat je met taal werkelijkheid kunt scheppen. Ze laat zien hoe je eigen land in je aderen vloeit, één is met wie je bent, en dat een land niet alleen maar een topografische plek is, maar de oorsprong van je wezen. Terwijl ‘ga terug naar je eigen land’ een beweging van je af is – ik wil niets meer met jou te maken hebben! – meandert Gons via ‘ik ga terug naar mijn eigen land’ en ‘laten we teruggaan naar ons eigen land’ naar het inclusieve ‘kom terug naar je eigen land’, waarin je door ‘kom’ een beweging naar je toe voelt. Sindsdien begin ik ieder schooljaar in elke klas met dit gedicht, om iedereen welkom te heten.

Babs Gons – ga terug naar je eigen land

ga terug naar je eigen land
begroet jezelf bij de grens
verwelkom je
op je eigen gronden
jouw land
waar het stof van de aarde
de hitte van het asfalt
het rumoer van het leven
samenkomen in je middenrif

ga terug naar je eigen land
zet diep vanbinnen
voet op eigen bodem
leg je hand op je hoofdstad
haal diep adem
door je buitenwijken
waar de straten
zijn vernoemd naar je ware helden
ga terug en
wees je eigen land

weet je eigen land
altijd vlak achter je ogen
opgevouwen net onder je borstkas
tussen duim en wijsvinger
wees nooit een vreemdeling
want dit alles is jouw eigen land

ik ga terug naar mijn eigen land
betreed mijn gronden
vol verhalen van voorouders
waar het verspilde bloed
diepgewortelde eiken voortbracht
die me rechtop houden tussen de
resten van plantages
overwoekerd door distels en doofpotten

laten we teruggaan naar ons eigen land
de grond weer van ons allen maken
weer naar de zon laten groeien
wat is platgetrapt
laten we de lucht zuiveren
met kamfer, kokos, citrus
sandelhout en salie branden
luisteren naar de legendes
onder de sequoia, de baobab
de kankantrie
de stilte weer leren horen
tussen het geruis
de stemmen van onze voorgangers
ons verbinden met het land
de lucht
de rivieren

kom terug naar je eigen land
begroet jezelf bij de grens
verwelkom jezelf
op je eigen gronden

draag je land
altijd binnen handbereik
ergens vlak achter je ogen
in je gehemelte
laat zelfs tussen het kilste beton
je voeten zachtjes dansen op de aarde
zorg dat er altijd
genoeg kruid in je groeit
genoeg zand onder je nagels zit
de magie van de wind
je altijd kan vinden
je nooit de taal vergeet
laat het land tot je spreken

vergeet niet
dat dit alles
jouw eigen land is

weet je eigen land
altijd vlak achter je ogen
opgevouwen net onder je borstkas
tussen duim en wijsvinger
wees nooit een vreemdeling
want dit alles is jouw eigen land

Dietske van den Berg-Geerlings is docent Nederlands op het Baudartius College en Eligant Lyceum te Zutphen. Daarnaast is zij auteur van diverse romans en dichtbundels. Dietske schrijft ook literatuurrecensies voor Tzum en Poëziekrant, en ‘Eerste indrukken’ voor ooteoote.nl.

Inschrijven nieuwsbrief