Banner trap
< terug naar eerdere favorieten

Jacinthe over Geluksvogels

Voor iedere dag van het jaar een verhaal schrijven; dat was wat Luigi Pirandello (1867 – 1936), die in 1934 de Nobelprijs ontving, met zijn Novellen voor een dag voor ogen had. Het project zou uiteindelijk stranden, maar de meer dan 800 pagina’s tellende bundel Geluksvogels – samengesteld en schitterend vertaald door Yond Boeke en Patty Krone – bevat een keuze uit de nog altijd ruim 200 novellen die hij voor zijn dood wist te voltooien.

Pirandello beschouwde zijn korte verhalen als ‘spiegeltjes die het hele leven reflecteren.’ En inderdaad: armoede, liefde, waanzin, ijdelheid, onrecht, ontrouw en gefnuikte verlangens, je kunt het zo gek niet bedenken of Pirandello heeft het beschreven. Door hun valse gekonkel of oneindige goedmoedigheid komen zijn personages in de meest kolderieke situaties terecht. Hun leven verloopt zelden zoals zij zich het hadden voorgesteld en dat maakt deze verhalen onweerstaanbaar grappig en tegelijkertijd hartverscheurend.

Van een diepe weemoedigheid is het verhaal De zonsopgang. De 45-jarige Gosto Bombichi wil een einde maken aan zijn leven, maar hij heeft nog nooit de zon zien opgaan. Tijdens zijn nachtelijke tocht door de velden op zoek naar de beste plek voor dit schouwspel neemt hij voor het eerst echt het geluid van de krekels en het geflonker van de sterren in zich op. Kort daarna haalt hij natte voeten als hij in een greppel belandt. ‘Ergens, niet ver weg, blafte een hond. Dan maar niet…als het verboden terrein is… Sterven, prima, maar wel met ongeschonden benen.’ Nog voor de lucht roze kleurt valt hij uitgeput op een rotsblok naast een struikje wilde munt in slaap.

Inschrijven nieuwsbrief