M. Vasalis
Verdriet kit al mijn krachten samen,
zodat ik roerloos word als steen.
Mijn hele wezen wordt materie,
Een ondoordringbaar star mysterie,
o sla de rots, opdat ik ween.
M. Vasalis (Margaretha Droogleever Fortuyn-Leenmans, Den Haag 1909–1998 Roden) studeerde medicijnen en specialiseerde zich tot psychiater, een beroep dat ze tot haar zeventigste uitoefende. Met haar kleine oeuvre werd ze één van de meest gelezen dichters uit de Nederlandse literatuur. In 1940 debuteerde ze met de bundel Parken en woestijnen. Daarna volgden De vogel Phoenix (1947) en Vergezichten en gezichten (1954). De drie bundels die tijdens haar leven verschenen, bevatten in totaal zo’n honderd gedichten. Postuum verscheen in 2002 De oude kustlijn.
Interviews deed ze niet, ze meed de publiciteit, maar in haar talloze brieven aan vrienden, bekenden en familie manifesteerde ze zich als een sprankelend, wijs en geestig mens. Tot het mooiste brievenboek in de Nederlandse literatuur behoort haar briefwisseling met uitgever Geert van Oorschot.
Het oeuvre van Vasalis werd bekroond met onder meer de Constantijn Huygensprijs en de P.C. Hooftprijs. Bij het in ontvangst nemen van die laatste prijs in 1982 noemde Vasalis de thema’s van haar poëzie: ‘Het leven, liefde, God, kinderen, de dood, en al dergelijke futiliteiten meer.’