Banner trap
< terug naar eerdere kunst van...

De kinderboekenrecensent

Foto: Marc Brouwer


Bas Maliepaard

Bas Maliepaard, als scholier een vaste bezoeker van onze winkel, schrijft al zestien jaar kinderboekrecensies voor Trouw. Zijn besprekingen zijn elke zaterdag te vinden in de bijlage Tijdgeest en bestrijken de hele jeugdliteratuur, van prentenboek tot adolescentenroman. In 2018 lanceerde Bas samen met collega Jaap Friso De Grote Vriendelijke Podcast, de eerste Nederlandse podcast voor volwassenen over jeugdliteratuur. Vanwaar die fascinatie voor kinderboeken en wat is het geheim van een geslaagde recensie?

‘Waar mijn fascinatie voor jeugdliteratuur vandaan komt weet ik niet. Het maakt al zolang ik me kan herinneren deel uit van mijn leven. Als tiener zat ik in Zutphen op Vrije school De IJssel en in afwachting van het boemeltje terug naar Apeldoorn bivakkeerde ik vaak in de kinderhoek achter de trap bij Van Someren & Ten Bosch. Rond mijn zestiende begon ik fanatiek gedichten en verhalen naar de Lemniscaatkrant te sturen. Uiteindelijk vroeg schrijfster Joukje Akveld, destijds hoofdredacteur van de krant, of ik redactielid wilde worden; zat ik ineens in de trein richting Maastricht om Jacques Vriens over zijn Achtste-groepers huilen niet te interviewen.

Aantrekkelijk aan kinderboeken vind ik ‘de onbevangenheid van de eerste keer,’ of het nu gaat om de eerste ontmoeting met een lieveheersbeestje in een peuterboekje of het plotse besef dat ouders ook maar mensen zijn in adolescentenliteratuur. Schrijven voor kinderen dwingt je om tot de essentie te komen; ik houd van die pure, uitgeklede vorm. Tegelijkertijd is het kinderboek met het brede palet aan personages (mensen, dieren, dingen, dappere ridsters…) ontzettend veelzijdig. Nog altijd ben ik onder de indruk van wat er verschijnt en dat enthousiasme wil ik graag overbrengen. Ik krijg soms de vraag wanneer ik nu eens ‘echte’ literatuur ga bespreken, maar jeugdliteratuur is een volwaardige kunstvorm en ik vind het belangrijk om daar in mijn recensies recht aan te doen. De opdracht van Trouw is het geven van literaire kritiek. Dat geeft mij de kans om de ontwikkeling van schrijvers en illustratoren te volgen en boeken uit het aanbod te lichten die misschien niet in stapels in de winkel zullen liggen, maar wel interessant zijn.

Ik schaam me bijna om het te zeggen, maar ik schrijf meestal heel langzaam. Het is vaak een worsteling om in krap vierhonderd woorden recht te doen aan een boek. Een bespreking is voor mij geslaagd als het lukt om mijn oordeel met de beschrijving van het plot te verweven en de sfeer van het boek te laten doorklinken. Ook wil ik de lezer de ruimte geven om zelf een mening te vormen. Zeg ik dat het taalgebruik wel erg plechtstatig is, dan staaf ik dat met een voorbeeld, zodat iedereen zelf kan uitmaken of dat stoort. Een matig of slecht boek van een onbekende of beginnende schrijver bespreek ik niet. Maar als Guus Kuijer na jaren ineens weer een kinderboek schrijft, dan is daar vast een groot publiek voor. En als dat verhaal – en dit is puur hypothetisch – niet goed in elkaar zit, dan is dat zeker relevant om op te schrijven. Het leukst om te schrijven zijn de recensies over heel goede boeken van nog onbekende auteurs.

Toch zit ik tijdens het lezen niet meteen met het rode potlood in de aanslag. Ik wil het verhaal een eerlijke kans geven om mij te pakken. Ik heb net een stuk geschreven over Amari en de Nachtwachters van B.B. Alston dat op 6 april verschijnt, een kruising tussen Men in Black en Harry Potter met een zwart meisje in de hoofdrol. Dat was zo meeslepend dat ik bladzijdenlang geen aantekening heb gemaakt. Glad vergeten; ik wás Amari. Ik denk dat ik de lijn met mijn kindertijd nooit echt heb doorgesneden. Net als veel kinderboekenschrijvers trouwens, die zijn meestal ook geen ‘mevrouwen en meneren’ geworden, maar kunnen nog heel makkelijk terug naar hoe het was om kind te zijn. Of ik zelf ooit nog een kinderboek zou durven schrijven weet ik niet. Bij sommige van de boeken die ik onder ogen krijg denk ik dat ik het beter zou kunnen, maar minstens zo vaak denk ik: “Dit is zó goed, wat heb ik hier nu nog aan toe te voegen?” Op dit moment is het niet mijn wens om zelf boeken te maken, laat mij er maar over schrijven.’

De Grote Vriendelijke Podcast, met gasten als Jan Terlouw, Tonke Dragt, Charlotte Dematons en Lydia Rood, is gratis te beluisteren via Spotify, alle podcast-apps en www.degrotevriendelijkepodcast.nl.

Interview: Jacinthe Sykora

Inschrijven nieuwsbrief