Banner trap

Nieuwsbrief

Onze favorieten

Foto © Jacinthe Sykora

machten

Bram over Hogere machten van Joost de Vries

In Hogere machten van Joost de Vries lezen we over de grote gebeurtenissen van de vorige eeuw: kolonialisme, Tweede Wereldoorlog en Koude Oorlog. Tegen dat decor volgen we de hoofdpersonen James Welmoed en Elizabeth van Elzenburg van koloniaal Indonesië naar Engeland. Het is oorlog, de Duitsers bombarderen Londen. James, getrouwd en diplomaat, krijgt een geheime relatie met de jongere schrijver Elizabeth. In fragmenten lezen we hoe deze personages door de jaren heen om elkaar heen draaien en hoe de grote geschiedenis hen beïnvloedt.

De schrijfstijl van het boek is bijzonder. De personages zijn levensecht en lijken bij vlagen zelf door te hebben hoe klein hun problemen zijn ten opzichte van de gebeurtenissen in de wereld.

Hogere machten is dan ook niet alleen een prachtige liefdesroman, het was voor mij ook een zeer informatieve manier om te leren hoe grote historische gebeurtenissen in de tijd zelf werden ervaren. Grote, historische personen van wie ik soms iets en vaak niets wist, denk aan Simone de Beauvoir en Henry Morton Stanley, passeren de revue en geven het verhaal diepgang. Niet voor niets heeft Joost de Vries de Frans Kellendonkprijs ontvangen voor zijn hele oeuvre.

Bram van den Berg studeert natuur- en sterrenkunde. Daarnaast verdiept hij zich in taal en literatuur. Hij werkt op zaterdag in onze boekhandel.

Herman over Spelen met waarden, betalen met gedachten van Ronald van Raak

In dit essay van ruim honderd pagina’s onderzoekt Ronald van Raak hoe het denken van Erasmus en van Spinoza ons in deze bijzondere politieke tijden een beetje zou kunnen helpen.

Om minstens vier redenen kan ik dit boek van harte aanraden.

(1) Je maakt kort maar helder en betekenisvol kennis met leven en denken van de twee grootste Nederlandse denkers, een Rotterdammer en een Amsterdammer.

(2) Het essay kent veel treffende en verrassende citaten (ik wist bijvoorbeeld niet dat Thorbecke zijn sympathie voor Spinoza uit angst voor zijn loopbaan niet publiek maakte ‘dit zoude heden mij het vaderland sluiten’).

(3) Ronald van Raak doet over de verharding in het publieke debat niet ‘huilie huilie’ maar gaat met wegwijzers Erasmus en Spinoza op zoek naar gedeelde waarden.

(4) Bij lezing wordt steeds duidelijker dat een publiek debat zonder humor niet serieus kan zijn.

De conclusie is even eenvoudig als ingewikkeld: we hebben de harde plicht om over onszelf in relatie tot de samenleving na te denken en te blijven nadenken en we moet het anderen, maar vooral onszelf gunnen om onzinnig en dwaas te zijn.

Ronald van Raak was Eerste en Tweede Kamerlid voor de SP en is nu hoogleraar Erasmiaanse waarden aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.

Sinds 1987 is Herman Krans advocaat in Zutphen. Hij houdt zijn hele leven al van boeken (‘Wat is er leuker dan boeken?’) en werkt met groot genoegen op zaterdag in de winkel van zijn vrouw Ine.

Onze favorieten Ine_186vertaald uit het Engels door Barbara de Lange

Ine over Puur geluk van Katherine Mansfield

Zoek je Katherine Mansfield (1888-1923) op internet, dan buitelen de superlatieven over elkaar heen:
‘De enige schrijver op wie ik ooit jaloers ben geweest’, aldus Virginia Woolf.
‘Haar verhalen kunnen worden vergeleken met die van Tsjechov’, juicht Times Literary Supplement.
Onze eigen J.C. Bloem noemde haar ‘een van de weinige groten en blijvenden’ en Marga Minco wilde haar biografie schrijven.

Maar voor mij was de jong overleden Nieuw-Zeelandse een grote onbekende en inmiddels een zeer aangename ontdekking. Haar onlangs opnieuw uitgebrachte bundel Bliss (Puur geluk in een voortreffelijke vertaling van Barbara de Lange) is een feest om te lezen. Steengoede, menselijke verhalen die de tand des tijds moeiteloos hebben doorstaan, over haar kindertijd, over mislukte huwelijken, verwaarloosde kinderen, gefnuikte ambities. Maar nergens zielig of larmoyant. Integendeel, de humor en de rebellie spatten van de pagina’s. ‘Wat is beschaving toch belachelijk’, laat ze Bertha uitroepen. ‘Waarom krijg je een lichaam als je het weggestopt in een koffer moet bewaren als een heel, heel zeldzame viool?’

Elk verhaal, kort of lang, is sfeervol, sprankelend en authentiek. Je kunt ze telkens weer herlezen, ook omdat ze zo geraffineerd zijn geschreven. Mansfield verdient het om door een groot publiek herontdekt te worden.

Uit ‘Puur geluk’:

‘Wat kun je doen als je dertig bent en op het moment dat je de hoek van je eigen straat om gaat opeens wordt overvallen door een gevoel van geluk – puur geluk! – alsof je ineens een stralend stukje van de namiddagzon hebt ingeslikt en het in je borst brandt en een regen van vonken uitsproeit naar alle cellen, naar elke vinger en elke teen…?

Ine Soepnel studeerde Nederlandse taal- en letterkunde, werkte jarenlang in de uitgeverij en is sinds 1 februari 2015 boekhandelaar in de stad waarin ze al sinds 1985 woont.

Jacinthe 206

Jacinthe over Dichter bij de seizoenen van Bette Westera en Henriette Boerendans

Wie de afgelopen tijd bij ons in de winkel is geweest, heeft ze vast aan de muur zien hangen: de prachtige kleurhoutsneden van Henriette Boerendans, bekend van prentenboeken als het ontroerende Ik wil een wiegje worden zei de wilg. Inmiddels is er alweer veel nieuw werk van haar hand te bewonderen: een voorproefje van de schitterend geïllustreerde poëziebundel Dichter bij de seizoenen die ze samen met Bette Westera maakte en die op 6 maart verschijnt.

De natuurgedichten in deze bundel volgen de maanden van het jaar. Extra bijzonder is dat alle gedichten in verschillende versvormen geschreven zijn. Zo lees je in een spicht (een versvorm bedacht door Drs. P) hoe de specht in mei ‘een gat gaat hakketakken / waarin zij haar eitjes legt’. In oktober ‘pianissimoot [het meesje] zijn pimpels’ en in december bezingen de thuisblijvers onder de vogels in ollekebolleke-ritme hun winterversnapering: ‘pindarisotto en zadensaté’.

En wist je dat de haiku, waar elk seizoen mee opent, eigenlijk een kortere variant van de tanka is, een versvorm van al meer dan duizend jaar oud? Voor wie meer wil weten over deze en andere vormen (kwatrijn, rondeel, sonnet…): achterin het boek geeft Bette Westera allerlei leuke weetjes én tips voor wie zelf met taal aan de slag wil gaan (9 tot 99 jaar).

Jacinthe Sykora studeerde Franse taal- en letterkunde en werkte als vertaalster, onder meer bij het ministerie van Defensie. Na een verblijf van twee jaar in Italië kwam ze te werken in een boekhandel in Drenthe en vervolgens in Zutphen. Met twee jonge dochters zit ze thuis volop in de kinderboeken.

Foto © Jacinthe Sykora

vertaald uit het Duits door Lucienne Pruijs

Tatjana over Liefde op donkere dagen van Ewald Arenz

‘Don’t judge a book by its cover’ zoals de Engelsen zo mooi zeggen; beoordeel een boek niet op zijn omslag. Maar in het geval van Liefde op donkere dagen van de Duitse auteur Ewald Arenz kun je dat rustig doen, want de roman is, net als het prachtige schilderij van Lisa Graa Jensen op het omslag, een aaneenschakeling van kleine kunstwerkjes.

Arenz vertelt het verhaal van Clara en Elias, die elkaar op latere leeftijd ontmoeten en geloven dat ze de ware in elkaar gevonden hebben. Maar als de eerste hevige verliefdheid voorbij is, slaat de twijfel achtereenvolgens bij beiden toe. In ieder hoofdstuk schetst Arenz een passend decor waarin hun verhaal zich ontvouwt:

‘Hier in het noorden was het zelden zo warm als thuis. Ze reed onder de boomtoppen door die boven de muur uitstaken, en keek er af en toe naar omhoog. Die eigenaardige tussentijd als alle explosieve kracht van de eerste bloei, het in elkaar overlopen van kleuren en geuren aan elke struik, elke boom, op elke weide, als die golf van kleurrijke lust weggeëbd was en de bomen alleen nog maar groen achterliet. Zo voelde ze zich. Ja. Ze leefde. Maar ze bloeide niet.’

Ondanks zijn poëtische stijl is dit geen zoetsappige liefdesroman, maar een realistisch verhaal van twee mensen die met al hun levensbagage voor elkaar willen vechten.

Tatjana Stuckelschwaiger studeerde Russische taal- en letterkunde in Leiden en werkte jarenlang bij het ministerie van Defensie. Ze woont met haar gezin in Zutphen. Naast de klassieke ‘Russen’ leest ze graag historische romans.

 

tess 187

Tess over What You Need to be Warm van Neil Gaiman

Neil Gaiman is bekend van werken als Coraline en The Sandman, maar hij schrijft ook gedichten. What You Need to be Warm is een boekje met één gedicht erin. Het is ontstaan doordat Neil Gaiman aan zijn volgers op sociale media vroeg wat zij dachten dat je nodig hebt om warm te zijn en te blijven. Veel mensen deelden hun ideeën, zoals gepofte aardappels, warme omhelzingen en wollen dekens, en die antwoorden heeft hij aan elkaar geregen tot dit prachtige gedicht.

Er hebben dertien illustratoren aan meegewerkt en elke pagina is schitterend. De omslagillustratie is gemaakt door Oliver Jeffers en ook Petr Horáček en Chris Riddle komen voorbij. Ik kon dit gedicht niet lezen zonder heel wat traantjes weg te pinken.

Een deel van de opbrengst gaat naar de UNHCR Refugee Agency die vluchtelingen over de hele wereld helpt. Dat maakt dit boekje zelf ook een van de dingen die je warm houdt op een kille winteravond.

“Sometimes it only takes a stranger, in a dark place, to hold out a badly knitted scarf. To offer a kind word. To say we have the right to be here, to make us warm in the coldest season. You have the right to be here.”

Tess Masselink studeerde Engelse taal en cultuur en literair vertalen. Ze leest het liefst fantasy en sciencefiction en wandelt, fietst en doet aan yoga. Sinds juni 2021 werkt ze in onze boekhandel.

Inschrijven nieuwsbrief