Banner trap

Nieuwsarchief

Eerdere favorieten

vertaald uit het Engels door Tjadine Stheeman en Lidwien Biekmann

Ine over Lied van de profeet

Als iemand mij had verteld dat ik zwaar onder de indruk zou zijn van een boek over het instorten van de democratie dan had ik mijn hoofd geschud. Geen boek voor mij. Maar toen de Ierse schrijver Paul Lynch met Lied van de profeet de Booker Prize won en Frits Abrahams het in NRC een onvergetelijke roman noemde, dacht ik: misschien moet ik het toch maar lezen.

Lied van de profeet is geen politiek manifest, geen onwaarschijnlijke dystopie, maar een diep menselijke, universele roman, die je laat beseffen dat alles wat ver van je bed speelt, ook jou kan overkomen.

‘Het einde van de wereld komt naar jouw land en bezoekt jouw dorp en klopt op de deur van jouw huis en wordt voor anderen slechts een verre waarschuwing, een kort bericht op het nieuws.’

Lynch vertelt het verhaal vanuit een jonge vrouw, Eilish genaamd, met wie je je meteen kunt identificeren. Van de eerste tot en met de laatste zin leef je met haar mee en word je deelgenoot van de huiveringwekkende gebeurtenissen die zich om haar heen voltrekken.

Op een dag wordt de man van Eilish, vakbondsman Larry, door onbekenden meegenomen en blijft zij alleen achter met hun vier kinderen. Eilish probeert haar dagelijkse dingen te blijven doen: naar haar werk gaan, voor de kinderen zorgen en ook voor haar dementerende vader die aan de andere kant van de stad woont. Haar twaalfjarige zoon plast in zijn bed sinds zijn vader is opgepakt, opeens komt er bruin water uit de kraan en haar oudste van zestien wordt opgeroepen voor dienstplicht. De schappen in de supermarkt raken leeg en de scholen sluiten hun deuren ‘tot de rust en orde in het land hersteld is’.
En dat is nog maar het begin.

Lied van de profeet is een onthutsende waarschuwing, een confronterende les in empathie en een razendknap geschreven roman. Je zou het iedereen in handen willen drukken.

vertaald uit het Amerikaans door Ariaan en Thijs van Nimwegen

Tatjana over Het verbond van het water

Na zijn debuut (en bestseller) De heelmeesters uit 2009 is Het verbond van het water de nieuwe grote roman van de Amerikaanse schrijver en arts Abraham Verghese. Ook in dit boek komt Verghese’s medische achtergrond duidelijk naar voren. De broeierige hitte en nietsontziende moessonregens in de deelstaat Kerala in Zuidwest-India vormen het decor van dit prachtige familie-epos.

Het verhaal begint in 1900, wanneer Big Ammachi op haar twaalfde wordt uitgehuwelijkt aan een stille veertigjarige weduwnaar. Het verhaal volgt haar en drie generaties, met als rode draad een duister familiegeheim, ‘de Aandoening’ genoemd: veel familieleden hebben een sterke weerzin tegen water en in elke generatie sterft minstens één familielid door verdrinking. Het verbond van het water is niet alleen een familiegeschiedenis, maar ook een cultuurgeschiedenis van India: Verghese legt op subtiele wijze de invloed van het Indiase kastesysteem bloot en je krijgt als lezer zijdelings mee hoe India onafhankelijk werd van het Britse Imperium.

Dit meeslepende epos heeft het allemaal: natuur, mysterie, liefde, verlies en verlossing. In zijn beeldende stijl, doorspekt met Indiase woorden, maakt Verghese de luidruchtige drukte in de stad Madras en de warme geborgenheid in het huis van Big Ammachi intens voelbaar. Het perfecte vakantieboek (677 pagina’s) om vele prettige leesuren in door te brengen.

Jacinthe over Een lui letterland

In een tijd waarin de alarmerende berichten over ontlezing en de beroerde leesvaardigheid van kinderen over elkaar heen buitelen, is Een lui letterland van Anne Steenhoff een stevige draai om de oren van de beleidsmakers. Steenhoff, docent op een lagere school en groot boekenliefhebber, beschrijft aanstekelijk hoe zij het leesniveau in haar klas binnen anderhalf jaar weer omhoog kreeg. En dat bleek niet eens zo’n heksentoer als gedacht.

Alles begint, zo stelt Steenhoff, met de leraar: ‘Als de gemiddelde leerkracht met pensioen gaat, heeft zij of hij meer dan duizend kinderen in de klas gehad.’ Hoe kan het dan, vraagt zij zich af, dat 40 procent van de pabostudenten nooit vrijwillig een boek leest? ‘Leerkrachten die leesvaardigheid willen overdragen moeten zelf lezen, kinderboeken welteverstaan. […] Zodat ze nieuwe boeken kunnen aanraden aan hun leerlingen.’

Van haar directeur kreeg Steenhoff alle ruimte om te experimenteren. Ze schroefde de lessen begrijpend lezen drastisch terug, vulde haar klas met de mooiste kinderliteratuur (klassiekers én nieuwe titels), verdubbelde de leestijd naar 30 minuten per dag en – misschien nog wel het belangrijkst – dook als lichtend voorbeeld tijdens dat halfuurtje zelf ook in een boek. Binnen anderhalf jaar lazen de meeste leerlingen met meer plezier en zat iedereen dik boven het streefniveau.

Een lui letterland is een praktisch en hoopvol boek met tips voor docenten, opvoeders én beleidsmakers die het tij willen keren. Niet alleen om ervoor te zorgen dat ook de volgende generatie nog zelf een belastingformulier kan begrijpen, maar vooral omdat van mooie verhalen iedereen gelukkiger wordt.

vertaald uit het Amerikaans door Reshma Jagernath en Ine Willems

Tess over De zaaier

Octavia Butler (1947-2006) was de eerste zwarte vrouw die sciencefiction schreef. Volgens critici leest haar werk als een kruising tussen Toni Morrison en Ursula K. Le Guin. Mijn nieuwsgierigheid was meteen gewekt!

In 1993 publiceerde Butler Parable of the Sower (De zaaier, vertaald door Reshma Jagernath en Ine Willems), een toekomstroman die in 2024 in Californië speelt. De klimaatcrisis is volledig uit de hand gelopen, voedsel en water zijn duur en moeilijk verkrijgbaar en de wereld is veel gevaarlijker geworden.

We volgen Lauren Olamina, een tiener die met haar vader, een prediker, in een omheinde gemeenschap woont. Lauren is een ‘sharer’, ze voelt de pijn van anderen alsof het haar eigen pijn is. Ze is spiritueel, maar niet christelijk, zoals haar vader. Lauren heeft als motto ‘God is verandering’. Ze schrijft haar eigen verzen en noemt ze ‘Earthseed’, haar persoonlijke geloofsovertuiging.

Als Laurens veilige leven bruut verstoord wordt, zorgen deze visionaire verzen ervoor dat ze mensen om zich heen kan verzamelen en een nieuwe gemeenschap kan opbouwen.

Hoe bar de wereld er ook uitziet, er kan altijd gewerkt worden aan een betere toekomst, is de hoopvolle boodschap van Butler, die door dit prachtige boek in mijn hoofd is geplant.

Lena over Dezelfde maan

‘Wachten is hopen. Is je een mogelijke toekomst voorstellen. Is reikhalzend uitkijken. Is verlangen. Is geloven dat er iets voorbij het wachten ligt.’

Als ik door mijn exemplaar van Dezelfde maan van Dorien Dijkhuis blader, zie ik dat ik op meer dan de helft van de bladzijdes onderstrepingen of aantekeningen heb gezet. Een teken dat het boek me veel heeft gedaan. Ook nu ik het al een paar maanden uit heb, blijf ik nadenken over de inhoud. Maar waar het precies over gaat, valt niet zo makkelijk in een paar zinnen samen te vatten. Het is heel poëtisch geschreven en er is geen plot. Soms lijkt het een literair essay. Het voelt alsof je in het hoofd van de hoofdpersoon zit en haar gedachten, associaties en herinneringen leest, over het maken en niet maken van keuzes, over kantelpunten in het leven, verlangens, eenzaamheid en een kinderwens. Deze gedachten worden afgewisseld met citaten en gedachten van denkers en schrijvers, als Virginia Woolf, Thomas Tidholm, Maggie Nelson, Sei Shōnagon en Henri Bergson. Ook komen er feiten voorbij, soms leuk om te weten, soms ontroerend: ‘Lokkie, de kat van schrijfster Ina Boudier-Bakker, die urenlang door het kijkglaasje van de kist naar haar opgebaarde baas zat te turen.’

Dezelfde maan bracht mij precies wat ik van een goed boek verwacht: mooi geformuleerde zinnen, interessante ideeën en de gelegenheid om mijn eigen gedachten uit te laten kristalliseren. Het is nu een van mijn nieuwe favorieten.

vertaald uit het Duits door Josephine Rijnaarts

Bram over Lichtspel

In de roman Lichtspel (vertaald door Josephine Rijnaarts) speelt de Duitse schrijver en filosoof Daniel Kehlmann (bekend van zijn bestsellers Het meten van de wereld en Tijl) op ingenieuze wijze met de historische werkelijkheid. We volgen G.W. Pabst, een bekende Oostenrijkse filmregisseur die echt heeft bestaan. In 1938, na een geflopte film, keert hij uit Hollywood terug naar zijn geboorteland. Als de oorlog uitbreekt zitten hij en zijn gezin in de val. Zelf zegt hij dat hij vanwege familieomstandigheden is teruggekeerd en dat hij geen films wil maken onder het nationaalsocialistische bewind. Maar als lezer blijf je je afvragen waar zijn loyaliteit echt ligt, zeker als Pabst uiteindelijk toch ingaat op een aanbod van Goebbels, de minister van propaganda.

Het boek roept interessante ethische vragen op, als: wat zou jij doen als de keuze is: onder de bescherming van de nazi’s blijven filmen of trouw blijven aan de kunst en eindigen in het concentratiekamp? Is Pabst een slachtoffer of een opportunist?

Net zoals Pabst geniaal is in het begeleiden van acteurs, is Kehlmann een meester in het aansturen van zijn personages in dit fantastische boek. Je kunt het spannende verhaal snel uitlezen maar je kunt ook de tijd nemen om dieper na te denken over de duivelse dilemma’s die het boek oproept.

Herman over Logboek Slauerhoff – Dagboeken en reisverslagen

Logboek Slauerhoff is Schrijversprentenboek nummer 60. Nummer 1, over Adriaan Roland Holst verscheen in 1958, nummer 6 in 1961, over Slauerhoff. U leest het goed: met een tussentijd van meer dan zestig jaar verschenen er twee schrijversprentenboeken over dezelfde schrijver en daarmee is Slauerhoff uniek.

Nu was hij toch al uniek, deze volgens velen enige echte romanticus in de Nederlandse literatuur. Was het schrijversprentenboek uit 1961 nog vooral veertig pagina’s opsomming van leven en werk, verluchtigd met foto’s, dichtregels, handschriften e.d., het logboek bevat in bijna driehonderd rijk geïllustreerde pagina’s chronologisch zijn dagboeken en reisverslagen. Als leunstoelromanticus reisde ik met hem mee. Wat een feest. Met de jonge Jan die gegrepen raakt door oude Peruaanse zeevaarders, met de scheepsarts die door ontelbare opiumpijpen weldadig slaapt (eventjes dan), met de verslaggever die Dante zou willen uitnodigen in een sloppenwijk om ‘een nieuw hoofdstuk aan De Hel toe te voegen’ en met de zieke dichter, een paar maanden voor zijn overlijden: ‘Met de navigatie is het vooreerst afgelopen. Zeker nog een half jaar ‒ Et voilà. Ik heb ‘t hier niet onaardig maar verveel me dood, je kent Hilversum misschien wel.’

De flaptekst van het logboek was zowaar niet gelogen: dichter bij Slauerhoff kun je niet komen.

Jacinthe over Grondsoorten

Een wandelaar doorkruist een Drents gehucht, niet wetend wat hij aan moet met ‘die verzameling karakterloze kleine huizen vol karakterloze kleine burgers met hun kleine burgermanstragiekjes.’ In korte hoofdstukken laat Martha Heesen ons diep doordringen in de binnenwereld van de verschillende dorpsbewoners en al gauw wordt duidelijk dat hun levens lang niet zo onbeduidend zijn als de wandelaar denkt.

Een vrouw zorgt voor haar kleindochter en wacht in steeds grotere vertwijfeling op de terugkeer van haar dochter die al jaren op wereldreis is. Twee stadse zussen vechten elkaar de tent uit, onderwijl nauwlettend hun buurman, de oude boer Sjouke, in de gaten houdend. Nu zijn doortastende dochter de boerderij heeft overgenomen heeft hij last van ‘koehonger’: ‘Ach, de beesten, hij gaapt en traant van verlangen naar die warme, dragende golf van stank en gedruis, van gezucht en langzaam kaakgemaal, van al dat geleef daar in die dampende lijven.’ En dan wordt Sjouke ook nog eens verteerd door schuldgevoelens vanwege dat voorval met zijn geliefde John Deere-tractor.

Ver van het literaire gewoel schreef taalvirtuoos Martha Heesen de afgelopen dertig jaar gestaag een prachtig eigenzinnig oeuvre bij elkaar. Ze werd vooral bekend met haar kinderboeken, waarvoor ze in 2015 de Theo Thijssen-prijs won. Grondsoorten is alweer haar vierde roman voor volwassenen; een puntgave novelle waarin iedere zin raak is en die het verdient om door veel mensen gelezen te worden.

Ine over Moeder, antimoeder

Socioloog Jolande Withuis schreef een ijzersterk boek over haar vader, Raadselvader, en nu is er een portret van haar moeder: Moeder, antimoeder. Voor ons extra bijzonder omdat Jenny van Ringen geen personage uit een boek is maar een persoonlijkheid die wij ons nog levendig herinneren. Tot op hoge leeftijd kwam ze op haar stevige stappers door weer en wind naar onze lezingen. In onze computer vind ik nog het laatste boek dat ze op 5 juni 2015 bij ons bestelde: Johan W. van Hulst – pedagoog, politicus, verzetsman.

Op de omslagfoto van Moeder, antimoeder zien we een stralende jonge vrouw, die haar baby hoog boven haar hoofd zwaait. En op pagina 1 lezen we dat de dochter een bedorven dag had als iemand tegen haar zei dat ze op haar moeder leek.

De relatie tussen Jolande Withuis en haar moeder Jenny van Ringen was op zijn zachtst gezegd getroebleerd, in elk geval vanuit de dochter. ‘Ik was niet in staat haar aan te raken, te strelen of te omhelzen,’ schrijft Withuis, als haar moeder, 98 en dement, op haar sterfbed ligt. Waarom ze dat niet kan, blijkt uit het relaas dat daarna volgt. Het is beklemmend, pijnlijk en ontroerend om te lezen hoe moeder en dochter hun best deden om elkaar te naderen, hoe dat vaak mislukte en hoe dochter, na de dood van moeder, begrip kreeg en in een prachtig slothoofdstuk de fundamenten van haar moeders leven verbindt met de maatschappelijke context.

Jenny van Ringen (1921-2020) was een complexe vrouw die haar getraumatiseerde man op de rails wilde houden, die energie voor tien had, het geld beheerde, alle klussen in huis deed, twee kinderen opvoedde en nooit klaagde, een vrouw die als communiste alleen stond, in haar ambities door de overheid gedwarsboomd werd, geen vriendinnen had en door de geheime dienst tot in haar slaapkamer werd gevolgd. Ze deed alles wat ‘normale moeders’ niet deden, weigerde haar enige dochter op te voeden tot ‘meisjesmeisje’ en verdedigde haar kinderen met jiujitsu tegen agressieve communistenhaters.

Meest opmerkelijke zinnen in het boek: ‘Hoe mijn moeder de oorlogsjaren is doorgekomen is mij onbekend. Al was “de oorlog” bij ons thuis alomtegenwoordig, het was uitgesloten dat je er vragen over zou stellen.’

Grappigste scene, moeder tegen dochter in het verpleeghuis: ‘Niemand hier werkt. Ze zitten maar wat. Zelfs de krant lezen ze niet. Koffieleuten en tv-kijken. Hebben al die vrouwen niks beters te doen?’

Meest ontroerende zin: ‘Alles overziend grijpt het me aan hoe desolaat mijn moeders bestaan in mijn kinderjaren moet zijn geweest.’

Wat zou Jenny van Ringen van het boek gevonden hebben? Tot op hoge leeftijd corrigeerde ze de publicaties van haar dochter, heel precies en consciëntieus. Maar inhoudelijk spraken ze nooit ergens over, terwijl de onderwerpen die Withuis behandelde stuk voor stuk met hun verleden te maken hadden: oorlog, trauma, communisme, moederschap en vrouwelijkheid.

Zou Jenny tevreden zijn geweest? Ik denk het wel. Moeder, antimoeder is een prachtig portret van een stoere en fiere vrouw.

vertaald uit het Engels door Carolien Metaal

Tatjana over Je bent hier

Al jaren schrijven we met veel plezier boekentips voor u. Maar wij worden in de boekhandel natuurlijk ook wel eens door u getipt. Zo waren er onlangs twee klanten, die zo enthousiast over Je bent hier van David Nicholls vertelden, dat ik het ben gaan lezen. En ik ben het geheel met ze eens: wat een fijn boek!

Je bent hier is het verhaal van Marnie en Michael, die beiden op hun eigen wijze zijn vastgelopen in het leven. Marnie, gescheiden, woont in London en is door haar werk als persklaarmaker veel alleen. Michael, aardrijkskundeleraar, is nog bezig zijn stukgelopen relatie te verwerken. Een gezamenlijke vriendin nodigt hen uit voor een wandeltocht van de Ierse Zee naar de Noordzee. Lopend (en vaak zwoegend) door het prachtige, maar uitdagende landschap en begeleid door het nog uitdagendere Engelse weer zoeken Marnie en Michael voorzichtig toenadering tot elkaar.

In korte hoofdstukken typeert David Nicholls met zijn heerlijke Engelse humor, maar ook eerlijk en herkenbaar hun karakter. De routekaartjes van hun dagelijkse tochten en de prachtige natuurbeschrijvingen, maken dat je het gevoel hebt met Marnie en Michael mee te lopen. Je bent hier is een hartverwarmend, maar verre van sentimenteel verhaal:
‘Hoe eerder we beginnen’ zei ze, ‘hoe eerder we klaar zijn. Laten we zorgen dat we het zo snel mogelijk achter de rug hebben.’ En dat, vond hij, sloeg helemaal nergens op als het om wandelen ging.

vertaald uit het Engels door Ine Willems

Tess over Lolly Willowes

‘Vrouwen hebben zo’n levendige verbeeldingskracht en ze leiden zo’n saai leven. Hun plezier in het leven is zo snel voorbij, ze zijn zo afhankelijk van anderen en hun afhankelijkheid wordt zo snel een last.’ Sylvia Townsend Warner (1893-1978) was een eigenzinnig en feministisch schrijver, dichter en musicoloog. Haar werk is jarenlang relatief onbekend geweest, maar heeft vooral onder lesbiennes altijd een trouwe schare lezers gehad (zie het nawoord van Sarah Waters).

We volgen het leven van Laura ‘Lolly’ Willowes van jongs af aan. Na de dood van haar vader wordt de jonge Laura ‘doorgeschoven’ naar haar familie, waar ze als ongetrouwde vrouw de rol van ‘onmisbare’ tante en onbetaalde kinderoppas vervult. Als ze midden veertig is en steeds rustelozer wordt, besluit ze zich los te maken van haar verstikkende familie en naar het platteland te verhuizen: ‘Soms vergeleek ze zichzelf met de rijpende eikel die met elke windstille herfstdag de aantrekkingskracht van de grond eronder voelde toenemen.’ Daar bloeit ze op en komt ze al wandelend in de bossen en heuvels, die prachtig beschreven worden, tot rust.
Maar op een dag stuit ze in de bossen op een duister figuur..

Sinds de verschijning in 1926 heeft Lolly Willowes niets aan kracht ingeboet; gelukkig is deze bijzondere roman vol humor en hekserij nu voor het eerst – in een geweldige vertaling van Ine Willems – ook in het Nederlands beschikbaar.

vertaald uit het Engels door Marieke van Muijden en Tineke Jorissen-Wedzinga

Féline over Heksen

Een vrolijk boek is Heksen niet, maar wat mij betreft wel een titel die iedereen gelezen zou moeten hebben. Nog altijd vermaken we ons met verhalen over heksen in sprookjesboeken en nog steeds worden elk jaar met carnaval op verschillende plekken in Nederland poppen van heksen verbrand. Het laat zien hoe weinig bekend de geschiedenis van heksenvervolgingen is.

Marion Gibson publiceerde als hoogleraar renaissance- en magische literatuur een flink aantal wetenschappelijke studies over heksenvervolging. In Heksen vertelt ze hoe ‘een dodelijke vrouwenhaat’ – want het waren bijna altijd vrouwen die zonder eerlijk proces en vaak na marteling werden veroordeeld – aanleiding vormde voor heksenprocessen over de hele wereld. Aan de hand van dertien verschillende processen van de 15e eeuw tot heden, laat ze zien hoe het geloof in heksen zich kon verspreiden, waar dit toe leidde en – verbazingwekkend genoeg – vandaag de dag nog steeds toe leidt.

Heksen leert ons zien hoe mensen tot zondebok worden gemaakt en hoe belangrijk het is hier niet klakkeloos in mee te gaan, maar kritisch te blijven kijken naar de machtsverhoudingen en de historische ideeën en gebeurtenissen die hieraan ten grondslag liggen.

vertaald uit het Amerikaans door Eefje Bosch en Manik Sarkar

Lena over Giovanni’s kamer

Toen James Baldwin zijn manuscript van Giovanni’s kamer inleverde, raadde zijn uitgever hem aan het te verbranden. Het was te afwijkend van wat hij eerder had geschreven en het zou hem vanwege het onderwerp – verborgen homoseksualiteit – vervreemden van zijn lezers. We mogen van geluk spreken dat hij dit advies niet heeft opgevolgd en deze prachtige roman toch heeft gepubliceerd (in 1956, toen homoseksualiteit nog illegaal was in de VS). Het boek is een klassieker geworden en het favoriete Baldwin-boek van velen. Omdat hij dit jaar 100 jaar zou zijn geworden, verscheen er een gloednieuwe vertaling (van Eefje Bosch en Manik Sarkar) van Giovanni’s kamer.

De Amerikaanse hoofdpersoon, David, verloofd met Hella, blikt terug op zijn turbulente liefdesaffaire met Giovanni. De ontmoeting tussen de twee mannen in Parijs veroorzaakte een onvermijdelijke omslag in hun leven en vanaf het begin voel je als lezer dat dit tragisch gaat aflopen. Het verhaal gaat over liefde en alle fijne en pijnlijke gevoelens die daarbij horen. Daarnaast ervaar je de intense worsteling van de mannen met hun seksualiteit, hun identiteit en de verwachtingen van de samenleving. Met een poëtische schrijfstijl en rake bewoordingen schreef Baldwin een prachtig en pijnlijk boek.

vertaald uit het Engels door Henk Moerdijk

Herman over Geschiedenis voor morgen

Het kan wel! In deze tamelijk barre en volgens sommigen zelfs apocalyptische tijden is dat de boodschap van Roman Krznaric (spreek uit: kriz-NAR-ik). Met sprekende voorbeelden uit het verleden geeft hij hoop voor de toekomst.

In 10 hoofdstukken benadert Roman Krznaric, sociaal filosoof aan de Universiteit van Oxford, ontwikkelingen van vandaag met frappante voorbeelden uit de geschiedenis. Uw recensent las natuurlijk als eerste het hoofdstuk over De boekdrukkunst en de uitvinding van het koffiehuis, waarin de schrijver er overtuigend op wijst dat de sociale onrust die van sociale media komt heel vergelijkbaar is met de ernstige religieuze polarisatie na de uitvinding van de boekdrukkunst. En hij ziet al om zich heen een moderne variant van de 18de-eeuwse koffiehuizen waarin mensen met elkaar in gesprek zijn.

Daarnaast geeft Krznaric geslaagde historische voorbeelden van consuminderen, van coöperaties als ruggengraat van de economie, van gemeenschapsdemocratie, van verdraagzaam samenleven en van sociale vernieuwing.

Het meest opvallend vond ik de observatie van Krznaric dat radicaal activisme, als ‘radicale flank’, een onmisbaar middel is in onze strijd om te overleven. Kent u overigens in dat kader de Tyre Extinguishers? Dat is een anonieme groep die het onmogelijk wil maken om in stedelijk gebied eigenaar te zijn van een gigantisch vervuilende SUV. Een van de vier banden langzaam laten leeglopen en een briefje onder de ruitenwisser. Ik weet het niet, maar het zet wel aan het denken.

Van harte aanbevolen, niet omdat Krznaric pasklare oplossingen heeft (die zijn er nooit), maar wel omdat hij je aan het denken zet over grote thema’s en dat ook nog eens doet op een speelse manier.

Inschrijven nieuwsbrief